Aanbevelingen over het toepassen van de veiligheidsnorm in de versterkingsopgave

De versterking van huizen in Groningen, die is bedoeld om de veiligheid te garanderen, verloopt te langzaam en de gebruikte methodieken worden niet door iedereen vertrouwd. Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) vindt het van belang dat de wijze waarop vastgesteld kan worden of huizen aan de veiligheidsnorm voldoen, betrouwbaar en actueel is. Om die reden heeft SodM de methoden die worden gebruikt om te toetsen of een huis voldoet aan de veiligheidsnorm nader onderzocht.

Om ervoor te zorgen dat bewoners er vertrouwen in kunnen hebben dat de versterkingsopgave zo snel mogelijk tot de vereiste veiligheid leidt, doet SodM een aantal aanbevelingen:

Kom tot een voor bewoners navolgbaar proces om de huidige bouwrichtlijn (NPR 9998) aan te passen aan nieuwe inzichten.

Door het gebruik van verouderde inzichten zoals over de sterkte van gebouwmaterialen en de hoogte van de gaswinning, worden op basis van de bouwrichtlijn NPR 9998 in de huidige  versterkingsadviezen onnodig zware versterkingsmaatregelen voorgeschreven. Daardoor duurt de versterkingsopgave in zijn geheel langer dan nodig. Bovendien kunnen onnodige ingrepen het woongenot aantasten, bijvoorbeeld als het gaat om metalen steunbalken door het plafond of betonnen gevelplaten aan het huis. Dit is niet wenselijk vanuit het oogpunt van veiligheid noch vanuit het oogpunt van de bewoner.

Het is van belang dat alle partijen in de versterking (de regio, de NCG en de ministeries) tot een navolgbaar proces komen voor het periodiek aanpassen van de bouwrichtlijn aan deze nieuwe inzichten om eventuele zorgen van bewoners hieromtrent weg te nemen. Bij de toepassing ervan is het noodzakelijk dat de gemeentes binnen de te versterken clusters van gebouwen met dezelfde versie van de bouwrichtlijn  werken, zodat er geen verschillen ontstaan in een wijk.  

“Ik snap heel goed dat bewoners gecompenseerd willen worden voor het lange wachten in de versterking. Ik snap ook dat het wrang is als het huis van de buren een aantal jaren terug voor sloop-nieuwbouw in aanmerking is gekomen, en dat jij na jaren wachten te horen krijgt dat jouw huis met versterking net zo veilig is. Laten we alleen niet het bieden van veiligheid en het geven van compensatie vermengen. De roep om compensatie is terecht maar hoeft niet en mag ook niet in de weg staan om de Groningers zo snel mogelijk de vereiste veiligheid te bieden”, aldus Theodor Kockelkoren, inspecteur-generaal van het Staatstoezicht op de Mijnen.

Laat de HRA los bij het uitvoeren van de versterkingsopgave.

SodM verwacht dat nieuwe risico-inschattingen op basis van de HRA niet tot aanpassingen in omvang en prioritering van de versterkingsopgave zullen leiden. Dat betekent dat de HRA geen rol meer speelt in de uitvoering van de versterkingsopgave. SodM adviseert om alleen nog de NPR 9998 (en zodra deze gereed zijn de praktijk- en de typologieaanpak) te gebruiken in de versterkingsopgave. Voor de prioritering van de uitvoering van de versterking kan gebruik worden gemaakt van de uitkomst van de versterkingsadviezen.  

Overige resultaten

SodM houdt sinds 2012 toezicht op de HRA-methodiek en de ontwikkeling ervan door de NAM. De HRA wordt gebruikt om de risico’s als gevolg van de gaswinning te berekenen en te toetsen aan de veiligheidsnorm. De toezichthouder heeft nu voor het eerst de bouwrichtlijn (NPR 9998) en de toepassing ervan door constructeurs nader onderzocht. Hierbij constateert SodM het volgende:

Opnames en beoordelingen bevatten conservatieve aannames

De opname van een huis wordt door een bouwkundig inspecteur gedaan. Waar opname gedeeltelijk niet of niet goed gebeurt, worden in de berekeningen van de sterkte van de woning conservatieve aannames gemaakt. Er wordt dan bijvoorbeeld vanuit gegaan dat verbindingen tussen muren en vloeren ontbreken en dat de gebruikte materialen zwak zijn.

SodM merkt op dat in alle 25 onderzochte versterkingsadviezen aannames over onzekerheden worden vermeld. Het gevolg is dat versterkingsmaatregelen die geadviseerd worden strikt genomen niet nodig zijn voor de veiligheid. SodM adviseert om de kwaliteit van de inspecties te verbeteren om onnodige conservatieve aannames te voorkomen. Tot slot is het belangrijk dat de NPR 9998 zo consistent mogelijk wordt toegepast door de verschillende ingenieursbureaus om tot optimale versterkingsmaatregelen te komen.

Herkalibratie van de NPR 9998 aan de wettelijke veiligheidsnorm noodzakelijk

Voor Groningen geldt een veiligheidsnorm voor het aardbevingsrisico. Deze norm wordt uitgedrukt in een jaarlijkse kans om te komen overlijden als gevolg van een aardbeving van 1 op de 100.000. Het uitgangspunt is dat het veiligheidsrisico voor de inwoners van Groningen niet hoger mag zijn dan elders in Nederland. De NPR 9998 is in 2015 voor het laatst gekalibreerd aan de wettelijke veiligheidsnorm. SodM adviseert de NPR 9998 opnieuw en op basis van nieuwe inzichten te kalibreren zodat deze beter toetst of een huis aan de wettelijke veiligheidsnorm voldoet.

Over de Nederlandse Praktijkrichtlijn voor aardbevingsbestendig bouwen, NPR

De NPR 9998 is de Nederlandse Praktijk Richtlijn voor de beoordeling van constructieve veiligheid van een gebouw bij nieuwbouw, verbouw en bestaande bouw bij aardbevingen. De NPR 9998 geeft rekenmethoden waarmee constructeurs kunnen vaststellen of gebouwen, al dan niet na versterkingsmaatregelen, voldoende aardbevingsbestendig zijn. Deze richtlijn is in 2015 in opdracht van de minister ontwikkeld door een NEN-normcommissie. De steeds betere inzichten in de constructieve eigenschappen van Groningse gebouwen, als ook voortschrijdende inzichten omtrent de dreiging als gevolg van aardbevingen hebben tot opeenvolgende versies van de NPR 9998 geleid.

Over de Hazard and Risk Assessment, HRA

De HRA is een keten van modellen die wordt gebruikt jaarlijks om de risico’s als gevolg van de gasproductie in Groningen in te schatten. De HRA bevat ook een model met daarin alle huizen uit het aardbevingsgebied. Elk huis is ingedeeld in een gebouwtype. Op basis van het gebouwtype, de locatie, samenstelling van de bodem en het risico op aardbevingen op die plek, kan voor elk gebouw het risico worden ingeschat: normaal, licht verhoogd of verhoogd. Deze risico-inschatting is gebruikt om de omvang en de volgorde van de op te nemen woningen in Groningen vast te stellen. De HRA is sinds 2012 ontwikkeld door de NAM onder toezicht van SodM. De modellen in de HRA zijn wetenschappelijk getoetst en van hoogstaande kwaliteit.