SodM stapt over op nieuwe aanpak voor beoordeling veiligheid aardwarmte

SodM gaat een nieuwe aanpak volgen voor de beoordeling van de reservoirintegriteit van aardwarmte vergunningsaanvragen. Deze aanpak houdt in dat SodM per aanvraag bekijkt wat de risico’s zouden zijn van verminderde kwaliteit van afsluitende lagen door bijvoorbeeld scheurvorming.

Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) geeft het ministerie van Klimaat en Groene Groei (KGG) advies over aanvragen voor vergunningen voor het winnen van aardwarmte. Een van de punten waar SodM op let bij het winnen van aardwarmte is of het ondergrondse water, waar de aardwarmte uit wordt gewonnen, in de juiste aardlaag kan worden gehouden tijdens het winningsproces. Of dit kan, hangt vooral af van de kwaliteit van de afsluitende lagen boven en onder die aardlaag.

Tot nu toe adviseerde SodM dat er geen scheurvorming mocht optreden in de afsluitende lagen boven en onder het geothermisch reservoir. Die lijn was gebaseerd op de grote onzekerheden rond het ontstaan van scheuren, het ontbreken van mogelijkheden om die scheurvorming te monitoren, en de onomkeerbare gevolgen ervan.

Met de normstelling van het ministerie van KGG in september 2023 wordt echter tot op zekere hoogte scheurvorming toegestaan. SodM vond - en vindt nog steeds - deze norm niet uitvoerbaar en handhaafbaar. 

Daarom heeft SodM een alternatieve aanpak ontwikkeld die recht doet aan de doelen van het beleidskader van het ministerie, en tegelijk beter uitvoerbaar en handhaafbaar is.

Per april 2025 is SodM op deze nieuwe aanpak overgestapt, waarbij SodM per vergunningsaanvraag bekijkt wat – op basis van de lokale geologie - de specifieke risico’s zijn van verminderde kwaliteit van de afsluitende lagen. Als blijkt dat scheuren in de afsluitende lagen slechts een zeer klein risico vormen, wordt potentiële scheurvorming in de nieuwe aanpak wél geaccepteerd. Deze aanpak sluit aan bij hoe SodM de reservoirintegriteit in andere sectoren beoordeelt.