Inventarisatie opslag in zoutcavernes: resultaten afstudeerstage

Tussen maart en september 2021 heeft Joeri Eising, student in de master Earth Sciences van de Vrije Universiteit Amsterdam, zijn afstudeerstage bij Staatstoezicht op de Mijnen gedaan. Zijn onderzoeksvraag was:

“Wat kunnen we in Nederland leren van de gepubliceerde voorbeelden van opslagcavernes voor vloeistoffen en gassen in andere landen?”

Het opslaan van gassen en vloeistoffen in voormalige zoutcavernes gebeurt al in Nederland. De verwachting is dat door de energietransitie nog meer behoefte komt aan ondergrondse opslag.

Met behulp van openbare bronnen is in het onderzoek een antwoord gegeven op de volgende deelvragen:

  • Waar in de wereld vindt ondergrondse opslag in zout plaats, en wat wordt er opgeslagen?
  • Wat is er gepubliceerd over incidenten met opslag in zoutcavernes?
  • Wat kunnen we in Nederland leren van deze incidenten?
Zouthuisje boven de dieselopslag in Marssteden, bij Enschede (foto: Wim Eising)

Belangrijkste conclusies

De belangrijkste conclusie is dat wet- en regelgeving in Nederland de aanleiding van incidenten die we in sommige landen zien grotendeels ondervangt. Toch is er ruimte voor verbetering, vooral bij het regionaal geologisch onderzoek als onderdeel van het ontwerpproces. Ook doet Eising aanbevelingen voor verder onderzoek.

Belang van preventieve maatregelen

Om incidenten te kunnen voorkomen en de veiligheid van opslag in zoutcavernes te vergroten, zijn preventieve maatregelen belangrijk. Deze studie toont aan dat caverneontwerp, drukbeheer en putontwerp van groot belang zijn voor de veiligheid van een caverne. Een andere preventieve maatregel die essentieel is, is monitoring. Dit moet worden aangevuld met een actie om adequaat en tijdig te kunnen reageren op een onregelmatigheid in de gegevens.

Incidenten voorkomen

Regelgeving in Nederland voorkomt dat effecten van incidenten grote impact hebben, omdat er veel barrières zijn. In dit onderzoek wordt de Nederlandse industrie aanbevolen om incidenten te voorkomen door caverne- en putontwerp een essentieel onderdeel te laten zijn van de bouw- en ontwerpfase van een opslagcaverne.

SodM ziet in dit onderzoek een nuttige handreiking voor verder begrip van het gedrag en de risicoanalyse van opslagcavernes in zout. Het rapport (in het Engels) is hieronder te downloaden.

Dit onderzoek is uitgezet en begeleid door inspecteurs van SodM; het resultaat is het intellectueel eigendom van Joeri Eising. Joeri Eising was op dat moment student in de afstudeerrichting Geology & Geochemistry van de master Earth Sciences aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, met dr. Fraukje Brouwer en dr. Bernd Andeweg als begeleiders.