Welke onderzoeken lopen er naar het HRA-model?

Er lopen een aantal onderzoeken naar de werking van het HRA-model:

  • In opdracht van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat valideert TNO het HRA-model van de NAM en bouwt model 3 tot en met 8 na. Momenteel worden testen uitgevoerd om vast te stellen of het NAM- en het TNO-model bij gelijke input parameters dezelfde resultaten opleveren. Naar verwachting is dit medio 2019 gereed.
  • In opdracht van SodM wordt een onafhankelijke audit uitgevoerd op de computercode die de NAM gebruikt voor het HRA-model. Het doel is om vast te stellen of de code werkt zoals bedoelt. Naar verwachting is dit onderzoek medio 2019 afgerond.
  • Het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) onderzoekt in opdracht van SodM wat het mogelijke effect is van het gebruik van alternatieve seismische bronmodellen. Dit zijn alternatieve modellen om te berekenen hoeveel aardbevingen te verwachten zijn bij een gegeven gasproductie, en van welke magnitude. Naar verwachting is dit KEM08-onderzoek medio 2020 afgerond.
  • Het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) gaat in opdracht van SodM onderzoeken wat het effect is van onzekerheden en hoe deze doorwerken in het HRA-model. Leidt de gebruikte statistische benadering tot onder- of overschatting van de risico’s? Is de gebruikte statistische aanpak valide en state-of-the art? Zijn er onzekerheden die niet worden meegenomen, hoe kunnen die alsnog worden meegenomen en wat is daarvan het mogelijke effect? Kunnen de onzekerheden in het berekende risico worden teruggebracht? Naar verwachting wordt dit KEM09-onderzoek eind 2020 afgerond.
  • Tot slot doet het Kennisprogramma Effecten Mijnbouw (KEM) nog een aantal onderzoeken in opdracht van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat naar verdere verfijningen in het model. Daarbij wordt onder meer gekeken naar complexe grondbewegingen (horizontaal en verticaal), variaties in de dikte van het zoutpakket dat boven het Groningenveld ligt en naar betere modellen om de mate van opslingering in de ondiepe ondergrond te bepalen.