Methaan

Methaan is de belangrijkste component van aardgas. Het is een krachtig broeikasgas en zorgt mede voor de opwarming van de aarde. Daarom is het belangrijk om uitstoot en lekkage van methaan bij de winning en productie van aardgas zo laag mogelijk te houden. SodM houdt hier toezicht op.

Wanneer komt methaan vrij?

Aardgas wordt gewonnen op zee (‘offshore’) en op land (‘onshore’). Productie-installaties moeten zo worden ontworpen dat de uitstoot van methaan tot een minimum wordt beperkt. Desondanks komt bij de productie van aardgas methaan in de atmosfeer terecht. Methaan kan ook incidenteel vrijkomen, bijvoorbeeld als er een gaskraan lekt op de installatie. De Nederlandse olie- en gasbedrijven nemen zo’n drie procent van de landelijke methaanemissies voor hun rekening. Dit blijkt uit de milieujaar­verslagen van de ondernemingen. Mijnbouwondernemingen rapporteren jaarlijks de uitstoot van methaan bij de winning van aardgas in hun elektronische milieujaarverslag (e-MJV).

Beperken uitstoot methaan vastgelegd in vergunning

Voor het winnen van aardgas op land heeft een onderneming een omgevingsvergunning nodig. Offshore moet een mijnbouwonderneming een mijnbouwmilieuvergunning aanvragen. De mijnbouwonderneming vraagt een vergunning aan bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK). SodM adviseert het ministerie van EZK over de toe te passen technieken in de vergunningen van mijnondernemingen. Ook bij het uitvoeren van toezicht kijkt SodM naar de technieken die bedrijven toepassen. SodM houdt hierbij de lijn aan dat de beste beschikbare technieken moeten worden toegepast door de mijnondernemingen. Dit betreft zowel technieken voor het terugbrengen van emissies, als technieken voor het voorkomen van lekkages. SodM inspecteert gaswinningslocaties om te controleren hoe de mijnbouwondernemingen maatregelen in de praktijk toepassen en controleert of zij emissies correct rapporteren aan de overheid.

Toezicht op methaan

SodM heeft sinds 2016 het toezicht op methaan geïntensiveerd. Het doel is om beter zicht te krijgen op de daadwerkelijke methaanuitstoot van de gehele sector om vervolgens deze uitstoot terug te kunnen dringen. Inmiddels zijn in kaart gebracht:

1.Methaanemissies van verlaten putten op land (Zie het ECN-rapport: Rapport Methaan emissiemetingen aan buiten gebruik gestelde olie- en gaswinningsputten.)

2.Methaanemissies van actieve installaties op land (Zie het ECN/TNO Rapport: Berekening van methaanemissies van een geselecteerd aantal actieve gaswinningslocaties voor Staatstoezicht op de Mijnen)

3.Methaanemissies installaties op zee (Zie het ECN/TNO Rapport: Methane emission measurements of offshore oil and gas platforms)

Bij de studies naar de methaan-uitstoot bij actieve installaties (zowel op land als op zee) bleken de gerapporteerde emissies gemiddeld ongeveer overeen te komen met de gemeten emissies. Dit betekent dat de rapportages goed bruikbaar zijn om uitspraken te kunnen doen over de totale uitstoot van methaan door de sector. De spreiding in de meetresultaten was echter erg groot. Voor individuele installaties zijn grote verschillen geconstateerd met name bij de metingen op zee. Hierbij speelt waarschijnlijk de ingewikkelde meteorologie op zee een grote rol.

Convenant om de methaan-uitstoot op zee te halveren

Branche-organisatie Nogepa heeft een convenant gesloten met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) om binnen twee jaar de methaanuitstoot op zee te halveren. Het convenant volgt op de vraag van SodM aan de sector om de methaanemissies terug te dringen. Afgesproken is nu dat de bij Nogepa aangesloten bedrijven hun uitstoot op zee voor 31 december 2020 met de helft terugbrengen tot 4.281 ton per jaar. SodM zal monitoren of de doelstellingen van het convenant gehaald worden. SodM doet dit door het uitvoeren van inspecties en het controleren van het systeem van de emissierapportages. Lukt het niet om de doelstelling te halen, dan zal SodM EZK adviseren om extra eisen te stellen aan de olie- en gassector.

Onderzoek naar de integriteit van gasputten op de lange termijn

SodM is in 2019 gestart met een onderzoek naar hoe bestaande en geabandonneerde putten zich op de langere termijn gedragen. SodM wil zo antwoord krijgen op vragen als: hoe beïnvloeden (verlaten) putten de ondergrond? Wat zijn kansen op lekkages, boven of onder de grond? SodM verwacht de resultaten in de loop van 2020. Op basis van dit onderzoek kijkt SodM of en zo ja hoe zij haar toezichtbeleid moet aanpassen.